De Spaanse koning Felipe is gisteren aangekomen in Riyadh (Saudi Arabië). Hij is daar op een officieel bezoek om zo de economische banden aan te halen.
Het uitgestelde bezoek, door het overlijden van de vorige koning, kwam er om te discussiëren over de onderlinge relaties en om te proberen de problemen op te lossen. Een van de problemen is de bouw van een spoorlijn tussen Mecca en Medina waarvan de bouw zijn budget zwaar heeft overschreden en die ook te laat wordt opgeleverd.
De koning is vergezeld door de minister van Buitenlandse Zaken, Alfonso Dastis, en die van Openbare Werken Inigo de la Serna. Het gesprek zal ook gaan over de verkoop van een aantal korvetten aan de Saudi zeemacht. Deze verkoop is € 3 miljard waard en men heeft de zekerheid van duizenden jobs bij Navantia, een bedrijf in handen van de staat.
Deze verkoop zou welkom zijn voor de Spaanse economie maar in tal van andere hoofdsteden zal men zich eens in het haar wrijven. De Saudi overheid vecht momenteel een oorlog met Iran in Yemen uit waarbij al duizenden burgers gedood werden. In deze oorlog staan de soennieten uit Saudi Arabië tegenover de sjiieten uit Iran.
Een groot aantal landen hebben al wapens naar Saudi Arabië gestuurd maar die wapens worden nu in een ander land tegen de burgerbevolking gebruikt.
Spanje argumenteert dat deze korvetten zullen gebruikt worden om de territoriale wateren te verdedigen maar andere landen betwijfelen dit en zij zeggen dat de verkoop een inbreuk op het internationale recht is.